Vragen of afspraak maken?

Stuur ons een bericht op Whatsapp

Geplaatst op 24 maart 2022

Verantwoordelijkheid van CFO

Introductie

Als Chief Financial Officer ben je mede verantwoordelijk voor het financiële en strategische beleid van de onderneming. De focus ligt daarbij niet enkel op het toekomstige beleid; ook speelt de legacy van in het verleden aangegane financiële verplichtingen, in sommige gevallen een aanzienlijke rol. Ten opzichte van het tweede pijler pensioen kan een tijdspanne van mogelijk 60 jaren ontstaan, waarover rechten worden opgebouwd en verkregen. De financieringsverplichtingen van de werkgever kunnen bij met name uitkeringsovereenkomsten (Defined Benefit) van lange duur zijn.

Financieel beleid op de lange termijn omvat voor bestaande ondernemingen dan ook niet alleen de actuele pensioenregeling en toekomstige regelingen, maar vooral de verstreken pensioenregelingen waarin de pensioengerechtigden en (gewezen) deelnemers indexatierechten genieten.

Recentelijk is interessante jurisprudentie verschenen, waaruit de conclusie getrokken kan worden dat een werkgever gehouden is de financiering van voorwaardelijke indexatierechten in zekere mate in stand te houden.

 

Feiten en omstandigheden

Gerechtshof Den Haag deed op 18 januari 2022 uitspraak over de vraag of de beëindiging van een uitvoeringsovereenkomst door de werkgever, een compensatieverplichting jegens de werknemer met zich bracht. Een interessant gegeven was de toepasselijkheid van een voorwaardelijke indexatieregeling – wat per definitie dus een onzekerheid betreft – waarover het hof oordeelde dat bij een definitief verval van een indexatievooruitzicht, op grond van de redelijkheid en billijkheid een compensatie aangeboden moet worden.

Om die onzekere omvang van de mate van indexaties naar de toekomst te kunnen duiden, dient gekeken te worden naar mutaties in het toeslagendepot over de periode waarin voorwaardelijke indexatie gold (r.o. 9.9).

De uitspraak bewijst dan ook dat de pensioendriehoek beschouwd moet worden als een geheel van rechten en plichten – over en weer – in driehoeksverhouding. Het contracteren met één van deze partijen heeft rechtsgevolgen jegens de derde partij.

Een ander aandachtspunt is een verleende vrijstelling. Wanneer een aansluitplicht bij een verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds geldt, kan de werkgever onder omstandigheden worden vrijgesteld van de aansluiting. Op basis van het Vrijstellings- en Boetebesluit Wet Bpf 2000 geldt daar wel het vereiste van gelijkwaardigheid: de door de werkgever gehanteerde pensioenregeling dient financieel en actuarieel gelijkwaardig te zijn aan de pensioenregeling van het bedrijfstakpensioenfonds.

 

Conclusie

Hoewel de eis van gelijkwaardigheid op het eerste oog lijkt toegespitst op het heden en daarmee op de actieve deelnemers lijkt toegespitst, geldt diezelfde eis ook ten opzichte van de ingegane pensioenrechten van gepensioneerden en de premievrije pensioenaanspraken van gewezen deelnemers, wanneer de rechten van deze groepen (mede) toezien op de periode waarover het bedrijfstakpensioenfonds vrijstelling heeft verleend. Het kan dus zijn dat een werkgever een financieringsverplichting heeft ten opzichte van bij een pensioenuitvoerder achtergebleven pensioenaanspraken en -rechten, waarbij het de vraag is of de uitvoeringsovereenkomst met de desbetreffende uitvoerder voorziet in de mogelijkheid om extra koopsommen te storten. Belangrijk punt is om dan – als werkgever – ervan bewust te zijn dat het bedrijfstakpensioenfonds de indexaties bepaalt en je als werkgever gehouden bent dezelfde indexaties na te komen.

Gommer & Partners Pensioen Advocaten richt haar dienstverlening mede op deze rechtskwesties en is bij uitstek een nichekantoor dat met adequate rechtsoplossingen komt wanneer een discussie speelt op het vlak van pensioenrecht.

mr. M.K.A. van Slagmaat 

Contact

Neem contact met ons op

"*" geeft vereiste velden aan

*
*
*
*